Per onderwijsmodule, lesblok, tref je voorbeelden aan. We proberen hiermee voor elkaar,
studenten en docenten, duidelijker te maken wat bedoeld kan worden met een prof. skill-deelgebied of
beroepstaak. Alles wat hier staat is gebaseerd op het HBO-i, je kan het zien als een verduidelijking,
het vervangt het HBO-i niet.
Selecteer 1 of meerdere onderwijsmodulen om die met elkaar te vergelijken. Gebruik control/cmd of shift.
* Haru betekent 'lente' in het Japans. Haru, はる, geschreven in het hiragana schrift.
Professional Skills
Tooltip text
Professional skill: Doelgericht interacteren
Niveau
Partners
Communiceren
Samenwerken
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Je geeft en vraagt hulp aan je teamleden.
- Je gaat professioneel om met je opdrachtgevers.
- Je past je taalgebruik (Nederlands en Engels) aan aan de doelgroep zowel schriftelijk als mondeling.
- Je schrijft gestructureerde en begrijpelijke documentatie.
- Je maakt onderscheid tussen hoofd- en bijzaken en communiceert relevante informatie naar je publiek.
- Je geeft een professionele presentatie.
- Je herkent taken en pakt ze opJe spreekt anderen aan op gedragAandacht voor diversiteit binnen je team.
Professional skill: Onderzoekend probleem oplossend
Niveau
Probleemaanpak
Onderzoeken
Oplossen
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Je identificeert een probleem en werkt aan een oplossing volgens een gegeven aanpak.
- Je bent nieuwsgierig en stelt vragen.
- Je zoekt bronnen om aan informatie te komen.
- Je verwijst naar de bronnen van informatie die je gebruikt.
- Je evalueert de betrouwbaarheid van de gebruikte bronnen.
- Je werkt volgens de gegeven methodiek.
- Je overweegt alternatieve oplossingen en komt tot een keuze of aanbeveling.
Professional skill: Persoonlijk leiderschap
Niveau
Ondernemend zijn
Persoonlijke ontwikkeling
Persoonlijke profilering
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Je bespreekt je motivatie en ontwikkeling en onderneemt actie indien nodig.
- Je neemt verantwoordelijkheid voor ontwikkeling en studievoortgang.
- Je neemt verantwoordelijkheid voor je handelen.
- Je werkt resultaatgericht aan je opdracht of taak.
- Je maakt overwogen keuzes in je studieprogramma op persoonlijk vlak en ICT-vlak.
- Je kunt je eigen leerbehoeftes formuleren op persoonlijk vlak en ICT-vlak.
- Je staat open voor feedback en reflecteert daarop.
- Je oriënteert je op de arbeidsmarkt en vormt beeld van mogelijke toekomstige rollen in de ICT.
- Je stemt je gedrag af op de omgeving waarin je opereert.
Professional skill: Toekomstgericht organiseren
Niveau
Organisatorische context
Ethiek
Managen
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Kan betrokken personen/partijen van het project benoemen.
- Je begrijpt de aanleiding en doelen van het project en gebruikt dit in beslissingen.
- Je gaat in gesprek over actuele gevoelige aspecten van je project.
- Je geeft aan wat je zelf prettig vindt en respecteert anderen daarin.
- Je faseert 'onder begeleiding' een gegeven opdracht in tijd en deeltaken, waarin alle teamleden zich kunnen vinden.
- Werkt volgens (gegeven) kwaliteitsnormen.
- Je bespreekt risico's en kansen van je project met je team en je begeleider en handelt daarnaar.
Beroepstaken
Architectuurlaag: Gebruikersinteractie
Niveau
Analyseren
Adviseren
Ontwerpen
Realiseren
Manage en Control
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Identificeren van de kernelementen van een externe opdracht waarbij verduidelijking wordt gezocht bij opdrachtgever, gebruikers en deskundigen.
- Inventariseren van klant- en gebruikersbehoeften en deze vertalen naar IT-oplossingen.
- Oriënteren op bestaande interactieve concepten, diensten en producten.
- Adviseren over interactieontwerp passend bij opdracht, klant en gebruikersbehoeften en voorafgaande oriëntatie.
- Aanbevelingen doen op basis van een gegeven usability-analyse voor het ontwerp van een interactief product, systeem of dienst.
- Vertalen van adviezen in een eenvoudige gebruikersinteractie met een standaard prototyping-techniek.
- Ontwerpen van een (usability)test waarmee essentiële interactieproblemen geïdentificeerd kunnen worden.
- Toepassen en uitvoeren van een gebruikelijk interactieontwerpproces, zoals user centered design.
- Realiseren en kwalitatief testen van eenvoudige interactieve producten of diensten op basis van een interactieontwerp waarbij gebruik wordt gemaakt van gangbare tools, design guidelines en/of huisstijl.
- Vastleggen van de belangrijkste beslissingen, resultaten en inzichten met betrekking tot interactieontwerp in een iteratief proces.
Architectuurlaag: Organisatieprocessen
Niveau
Analyseren
Adviseren
Ontwerpen
Realiseren
Manage en Control
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Analyseren van een enkel organisatieproces, organisatie, gegevensstromen, databehoeften en procesbesturing op operationeel niveau.
- Analyseren van knelpunten en oorzaak-gevolgrelaties vanuit de invalshoek van de informatievoorziening.
- Adviseren van verbeteringen van voor een enkel organisatieproces op het terrein van organisatie(structuur), processen en informatievoorziening, met inachtneming van de mogelijkheden van ICT.
- Ontwerpen van een enkel organisatieproces, enkele gegevensstromen, een organisatieonderdeel en/of een deel van de informatievoorziening.
- Beschrijven en opstellen van werkinstructies, functie- en rolbeschrijvingen, en procedures voor een (aangepast) proces.
- Testen van de aansluiting van de organisatieprocessen met de opgeleverde informatievoorziening.
- Opstellen van een eenvoudig implementatieplan.
- Verrichten van onderhoudswerkzaamheden aan procesdocumentatie (bijvoorbeeld business rules, principes en procesmodellen).
- Beschrijven van de veranderbehoefte voor een enkel deelproces
Architectuurlaag: Infrastructuur
Niveau
Analyseren
Adviseren
Ontwerpen
Realiseren
Manage en Control
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Analyseren van een lokale/kleine infrastructuur volgens een standaardmethode en op basis van gegeven (niet-) functionele eisen.
- Aanbevelingen doen over een opzet van, of aanpassingen aan, een lokale/kleine infrastructuur.
- Opstellen van specificaties voor een lokale/kleine infrastructuur volgens een standaardmethode.
- Inrichten, testen en beschikbaar stellen van een lokale/kleine infrastructuur.
- Opzetten en documenteren van standaardbeheerprocessen en werkprocedures inclusief systeem- en netwerkconfiguratie, ten behoeve van het beheer van een lokale/kleine infrastructuur.
Architectuurlaag: Software
Niveau
Analyseren
Adviseren
Ontwerpen
Realiseren
Manage en Control
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Verzamelen en valideren van functionele eisen voor een softwaresysteem met één belanghebbende volgens een standaardmethode.
- Definiëren van acceptatiecriteria voor bovengenoemde functionele eisen.
- Aanbevelingen doen over specifieke requirements van een softwaresysteem op grond van onderzoek naar bestaande, vergelijkbare systemen.
- Maken van een ontwerp voor een softwaresysteem, inclusief database, met modelleertechnieken volgens een standaardmethode.
- Bouwen, testen en beschikbaar stellen van een eenvoudig softwaresysteem.
- Het opzetten, vullen en bevragen van een database maakt onderdeel uit van het softwaresysteem.
- Inrichten en gebruik maken van beheersysteem ter ondersteuning van softwareontwikkeling in teamverband.
Architectuurlaag: Hardware interfaces
Niveau
Analyseren
Adviseren
Ontwerpen
Realiseren
Manage en Control
-HBO-i 2018 niveau 1
1
- Beschrijven van de architectuur van een computersysteem.
- Beschrijven van de werking van actuatoren en sensoren en metingen hieraan verrichten.
- Opstellen van (niet-)functionele eisen en acceptatiecriteria voor een computersysteem, bijv.
- een embedded of IA-systeem.
- Verifiëren en onderbouwen van een gegeven technisch advies.
- Verifiëren en beschrijven van de initiële architectuur en de functionaliteit van een gegeven systeemconfiguratie (microprocessor, geheugen of andere bouwstenen).
- Ontwerpen van een eenvoudig computersysteem, bijvoorbeeld een embedded of industriële automatiseringssysteem, op basis van gegeven hardware.
- Software schrijven voor een eenvoudig, gegeven computersysteem, voorzien van actuatoren en sensoren.
- Inrichten van een ontwikkel- en testplatform middels co-design ten behoeve van hardware/software, inclusief tools.
Extra's
Extra: Beheersingsniveaus
Beheersingsniveaus
Uitleg
Het HBO-i maakt onderscheid in 4 niveaus.
- Niveau 1 is min of meer het propedeuse niveau.
- Niveau 3 is bachelor niveau (HBO-ICT opleiding afronden).
- Niveau 4 is master (universiteit).
Het beheersingsniveau dat je aantoont door het uitvoeren van opdrachten, werkzaamheden, wordt bepaald door
- De complexiteit van context waarin je werkzaamheden uitvoert.
- De complexiteit van de werkzaamheden.
- Jouw zelfstandigheid bij de uitvoering van de werkzaamheden.
Beheersingsniveaus zijn belangrijk om je opleidingsniveau te bepalen. De 4 niveaus gebruik je om het niveau van 1) de werkzaamheden, 2) het niveau van je professional skills en 3) de inhoud van de beroepstaken te bepalen. Beheersingsniveaus gebruik je ook om voor jezelf een startprofiel samen te stellen waarmee je de arbeidsmarkt gaat betreden. Dat betekent dat je hiermee kan bepalen waarin en waarnaar toe je jezelf wilt ontwikkelen.
Zelfstandigheid
Context
Inhoud
Beheersingsniveaus
Niveaus 1, 2, 3 & 4
- Werkt onder algemene richtlijnen in een omgeving waar onvoorspelbare veranderingen plaatsvinden.
- Lost zelfstandig interactieve kwesties op die voortvloeien uit projectactiviteiten.
- Werkt onafhankelijk om interactieve problemen op te lossen. Heeft een positief effect op de teamprestaties.
- Coördineert en bestuurt. Stelt kwesties aan de orde met veel interacterende factoren.
- Gestructureerde, voorspelbare context. Probleem afgebakend, aanpak en oplossing bekend bij opdrachtgever.
- Gestructureerde, onvoorspelbare context. Probleem gegeven, keuze aanpak en oplossingsruimte beperkt.
- Gestructureerde, onvoorspelbare context. Vage problemen, aanpak en oplossingsruimte open.
- Ongestructureerde multidisciplinaire en/of specialistische context.
- Enkele basisconcepten die voortbouwen op de vooropleiding.
- Combinatie van meerdere basisconcepten en enkele verdiepende concepten die voortbouwen op basisconcepten.
- Combinatie van meerdere concepten voor verdieping en innovatie in de lokale situatie.
- Nieuwe concepten voor verdieping en innovatie die transfereerbaar zijn naar andere situaties.
Extra: Prof. Skills
Uitleg
Om een ICT-opdracht tot een succesvol einde te brengen zal je eerst wat moeten, dat is het proces naar het resultaat. De manier waarop jij dat proces uitvoert wordt bepaald door je professional skills, dat gaat vooral over je gedrag en het niveau waarop je beroepstaken beheerst. Professional skills gaan bijvoorbeeld over de manier waarop je jezelf doelen stelt en samenwerkt met anderen. ICT-beroepstaken, professional skills en dus persoonlijke ontwikkeling zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het HBO-i onderkent vier aandachtsgebieden, die elkaar overlappen en aanvullen. Deze vier zijn nader ingevuld door bij elk 3 professional skills uit te werken.
- Toekomstgericht organiseren: De organisatorische context van ICT-opdrachten verkennen, zakelijke, duurzame en ethische afwegingen maken en alle aspecten van de uitvoering van de opdracht managen.
- Onderzoekend probleem oplossend: ICT-opdrachten kritisch vanuit verschillende perspectieven beschouwen, problemen identificeren, vinden van een effectieve aanpak en komen tot passende oplossingen.
- Persoonlijk leiderschap: Ondernemend zijn rond ICT-opdrachten en persoonlijke ontwikkeling, daarbij aandacht hebbend voor het eigen leervermogen en voor ogen houdend wat voor ICT-professional en/of welk type functies men ambieert.
- Doelgericht interacteren: Bepalen welke partners een rol spelen bij de ICT-opdracht, constructief met hen samenwerken en passend communiceren gericht op de gewenste impact.
Extra: Beroepstaken
Uitleg
De verscheidenheid aan beroepstaken die een ICT'er in het werkveld kan uitvoeren is breed en divers. Om de werkzaamheden, beroepstaken, van een ICT'er te beschrijven maakt het HBO-i gebruik van 3 dimensies
- 5 architectuurlagen
- 5 beroepsactiviteiten
- 4 niveaus
De vijf architectuurlagen zijn in een min of meer logische volgorde gestapeld. Dit is gebaseerd op de standaard enterprise- en softwarearchitectuurmodellen. Onderop vind je de harware, de fusieke basis van IT en bovenaan de gebruikers van ICT-services waarmee het allemaal begint. Een hoger liggende architectuurlaag voegt waarde of functionaliteit toe aan een onderliggende architectuurlaag. Een bovenliggende laag gebruikt daartoe ‘services’ die de onderliggende laag aanbiedt.
- De architectuurlaag gebruikersinteractie ontsluit door ICT-gefaciliteerde organisatieprocessen.
- Die organisatieprocessen zijn mogelijk door het bestaan van een ICT 3) infrastructuur.
- De infrastructuur bestaat op haar beurt uit geconfigureerde soft- en hardware.
- De soft- en hardware is opgebouwd uit (geprogrammeerde) componenten ...
- die (eventueel) via 5) hardware interfaces verbonden zijn met hardware-systemen zoals een thermometer buiten.
De 5 beroepsactiviteiten beschrijven de 5 verschillende standaard werkzaamheden die je in het werkveld tegenkomt: analyseren, adviseren, ontwerpen, realiseren en manage & control. Dezelfde beroepsactiviteit uitgevoerd in de context van een andere architectuurlaag zorgt voor geheel andere beroepstaken voor een ICT'er. Net als de architectuurlagen staan de activiteiten in een min of meer logische volgorde, zij vormen met elkaar een cyclus. De cyclus start met analyseren (van een probleem) waarna geadviseerd, ontworpen enzovoorts kan worden. En vaak start de cyclus vanuit 'manage & control' omdat door (out-of-)control en tijdens het managen wordt vastgesteld dat iets analyse vereist. Elke beroepsactiviteit kan betrekking hebben op één van de vijf architectuurlagen.